In de wet is vermeld dat als iemand wiens geestvermogens blijvend of tijdelijk zijn gestoord, iets heeft verklaard, een met de verklaring overeenstemmende wil wordt geacht te ontbreken, als de stoornis een redelijke waardering van de bij de handeling betrokken belangen belette, of als de verklaring onder invloed van die stoornis is gedaan. In een dergelijk geval kan de geestelijk gestoorde die een rechtshandeling heeft verricht de rechtshandeling (zoals bijvoorbeeld een overeenkomst) vernietigen (dat wil zeggen: ongedaan maken) wegens het ontbreken van wil. Wat betekent dit precies?
Wat betekent “geestesstoornis”?
Volgens vaste rechtspraak moet het begrip “geestestoornis” niet te beperkt worden opgevat. Het gaat er om of de geestesvermogens van degene die de verklaring aflegt zodanig zijn gestoord (blijvend of tijdelijk) dat hij zich niet goed rekenschap kan geven van wat hij verklaart, in de zin dat hij de consequenties daarvan onvoldoende kan overzien.
Als de rechtshandeling voor de geestelijke gestoorde nadelig was, wordt op grond van de wet vermoed dat de verklaring onder invloed van de stoornis is gedaan. Tegen dit rechtsvermoeden kan uiteraard tegenbewijs worden geleverd.
Onlangs hebben wij een client succesvol bijgestaan in een kort geding procedure, waarbij er sprake was van ontbreken van wil wegens een geestelijke stoornis. In dat kader hebben wij o.m. een beroep gedaan op misbruik van omstandigheden en het ontbreken van wil en op deze grond een huurkoopovereenkomst vernietigd. De rechter overwoog naar aanleiding daarvan dat nader onderzoek en bewijslevering nodig is om het een en ander te kunnen beoordelen, en heeft daarom de vorderingen van de wederpartij integraal afgewezen.
Heeft u vragen over dit onderwerp? Neem dan gerust contact met ons op via het contactformulier.
Auteur: Carolin Vethanayagam, gepubliceerd op 8 oktober 2024